20 juli 2019

Verder Canada in

De volgende dag gaan we een dagje de stad in, naar Kelowna. Daar moeten we parkeren en dat kost voor 2 uur $15. We lopen langs de informatie balie en we krijgen een kaartje van het centrum met interessante punten. Ook geeft ze aan dat een parkeerplaats aan de rand van het park maar $1 per uur kost. Oeps, we hebben weer teveel betaald. Toch zetten we de auto op deze parkeerplek neer en betalen $6 voor de hele dag, hebben we daar geen zorgen over. We drinken een lekker bakkie, lopen op ons gemak door de stad en lunchen. We gaan nog langs een museum van de wijn-en fruitcultuur en langs een winkel met eigengemaakt wijn.
De visarend op zijn nest
Op de terugweg lopen we langs een natuurgebied naar het strand, daar is een nest van een visarend (osprey) waar we uiteindelijk 3 vogels zien zitten. Ze zijn een stuk kleiner als de zeearend met de witte kop en ze zouden de gevangen vis parallel aan hun lichaam houden, terwijl de zeearend dat overdwars vasthoud. Verder zien we ook diverse vogels van geel tot rood, erg leuk om hier rond te dwalen.

Patrijsvogel?






De volgende dag hebben we een lange reis van 420 kilometer voor de boeg naar Blue River. Het eerste stuk
rijden we in de bergen en we zien onderweg berggeiten in de berm, daar wordt voor gewaarschuwd op de weg en later zien we een vos lopen. Het is een mooie route langs het noordelijk gedeelte van het Okanangan gletchermeer. Daarna wordt de weg wat vlakker en rijden we stroomopwaarts langs de noordelijke Thompson River. Eerder al reden we langs deze Thompson rivier. Deze rivier mondt, via de rivier de Fraser, uiteindelijk bij Vancouver in de Oceaan.
Vlotten van boomstammen
Berggeiten langs de weg



Na 420 kilometer komen we aan in Blue River. We hebben een motel vlak aan de highway. Het is een prima kamer en we gaan even kijken naar de omgeving. Bij het motel is ook een restaurant en twee benzine-pompen. Het dorpje aan de overkant van de weg is erg klein; een aantal huizen, een lake en nog wat lodges. We proberen een cappuccino te scoren maar blijkbaar is dat niet mogelijk hier in de buurt.

Bij de supermarkt kunnen we gelukkig melk kopen voor het ontbijt morgen en verder zien we wat belegde broodjes die we morgen kunnen halen als we gaan wandelen. We eten in het restaurant met een lokaal wijntje. We nemen mousaka, maar uiteraard ziet het er helemaal anders uit als de ovenschotel die wij zijn gewend. Het is prima te eten, maar altijd een verassing wat je krijgt.

De volgende dag slapen we een beetje uit en als we naar buiten gaan miezert het. We besluiten maar even te gaan kijken of we kunnen wandelen in het Blue River Black Spuce Provincial Park, 4 kilometer van ons hotel vandaan. We komen daar en blijkt dat daar River cruises zijn om de beren te kunnen bekijken. Ondertussen is het steeds harder gaan regenen en er wordt aangegeven dat hier terras aan het water is, dus we parkeren de auto en gaan kijken.

Kijk eens aan, ze hebben hier cappuccino, lekker! Er lopen hier veel Nederlanders rond en het ziet er wel gezellig uit. Uiteindelijk besluiten we om met de tocht mee te gaan en we hebben geboekt voor de tocht van 12:15. Helaas regent het dan nog steeds. Het is een natte maar toch wel mooie tocht maar de beren komen echt niet tevoorschijn, veel te nat. We varen met een dubbele kano (een soort catamaran) het regenwoud in.
Boven de bergen hangen flarden wolken, dit komt, volgens de gids, dat de bomen het vocht afgeven aan de lucht en deze wolken in het dal leegregenen. Omdat het allemaal zo groen is, is dit een perfect gebied voor de wildlife. De zalmen komen hier vanaf Vancouver helemaal naar toe om eitjes te leggen en daarna te sterven, dus perfect voedsel voor beren, roofvogels en ander wildlife.
Halverwege stoppen we voor een waterval, het is indrukwekkende hoeveelheid water wat naar beneden komt inclusief het geluid wat het produceert. Het regent maar deze waterval geeft ook al een hoop vocht af.






Aan het einde van de tocht hebben we nog geen beren gezien en krijgen we twee nieuwe kaartjes. Als het morgen droog is proberen we het nogmaals en kijken of er echt beren in dit gebied leven.
We gaan richting het hotel en daar steken we het spoor over. Het is een enkel spoor en we hebben er wel eens de toeter van de trein gehoord, maar nog niet gezien, en nu komt er een aan. We wachten hem op. Hij toetert erop los en hij is echt heel erg lang. hij gaat niet hard en met op bijna elke wagon twee containers boven op elkaar, dat zie je in nederland niet.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten